Lima
Inmiddels zijn we al een paar dagen in Peru en zijn we jullie al wat verhalen schuldig. Het begon allemaal op een duistere woensdagmorgen, toen we door de douane van Schiphol glipten. Decavia die we in onze handbagage hadden, werd niet opgemerkt, omdat Laura de douanier verleid had met haar wandelschoenen. Tot zover geen vuiltje aan de lucht. De vlucht naar Houston verliep wel goed, mede door de ontzagwekkende hoeveelheid voedsel, de stewardessen die ons stevast met sweety aanspraken en vooral de obese Amerikaan die naast ons zat (gelukkig met een gangpad ertussen) en zich als een uitgehongerde cavia op het voedsel stortte.
Op Houston George Bush Intercontinental Airport hadden we ruim de tijd om over te stappen en om ons kapot te ergeren aan de Amerikaanse douane, die ons zelfs verbood te glimlachen in de rij. We weten nog steeds niet helemaal zeker dat hij een grapje maakte.. De vlucht naar Lima duurde overdreven lang, aangezien we er al 10 uur op hadden zitten en nog 6 uur voor de boeg hadden. Gelukkig heeft Eva de zinnen van alle passagiers nog even verzet door een appelflauwte op te lopen. Een kitkat en een sprite later was er geen vuiltje meer aan de lucht. Dat belooft wat voor de komende maanden.
Aangekomen in Lima werden we opgewacht door Victor de taxichauffeur, die zich als een ware Joris Linssen (van Hello Goodbye, voor de non-kenners) op ons stortte om ons naar het hostal in het centrum van Lima te brengen. De volgende dag werden we braaf om 6 uur ´s ochtends wakker vanwege het bruisende ochtendleven van Lima. Halfgaar besloten we het centrum te verkennen, wat onze verwachtingen overtrof. Vooral de catacomben met honderden mensenbotten waren erg pittoresk.
Het Peruaanse eten is een verhaal apart. In feite bestaat elk gerecht uit aardappel, die hier liefkozend papa wordt genoemd. Op zich niets mis mee, maar als iedere maaltijd bestaat uit koude aardappel overgoten met een sausje, wordt het toch wat minder. Verder hebben wij geprobeerd: ceviche (een kerkhof aan koude rauwe vis die we zelfs niet in een body bag mee naar huis durfden te nemen), chicha (drank van donkerpaarse mais, want ook die is hier goed vertegenwoordigd) en natuurlijk Inca Kola, dat nog het meest weg heeft van een vloeibare kauwgombal met prik. De Peruanen genieten met volle teugen van de hierboven beschreven lekkernijen, wij moeten er nog aan wennen.
Dag 2 hebben we doorgebracht in de chiquere wijk Miraflores, die eigenlijk een beetje saai was. Het blijkt maar weer eens, wij zijn heel gewoon gebleven. ´s Avonds hebben we ons gewaagd aan een cerveza cusqueña, die insloeg als een bom. Wij zijn gewaarschuwd. Het avondmaal genoten we op een tochtige zolder in het gezelschap van meerdere koude aardappels. Gelukkig kon de pisco sour (alcoholisch limoendrankje dat te pas en te onpas geserveerd wordt) onze lijven nog wat verwarmen.
Vandaagzijn we naar een acheologische opgraving geweest met een heiligdom van verschillende indianenculturen. Het was mooi en interessant(vooral dooronze gids), maar soms ook gewoon een hoop stenen.
Lima is een enorme en drukke stad (8 miljoen inwoners) en vanwege de grote afstanden gaan we veel met de taxi. Het verschil tussen het zakendistrict en de sloppenwijken aan de randen van de stad is erg groot. Maar overal zijn de mensen heel erg aardig, behulpzaam: ´Waar moeten jullie heen?´ ´Neem op dit uur van de dag maar een taxi (6 uur ´s avonds)´ ´Let op je tas (in een vrijwel lege bus)´ en andere goedbedoelde adviezen die wij uiteraard ter harte nemen. Zij zijn tenslotte limeños, wij niet.
Wat verder opvalt is dat het hier heel vroeg en snel donker wordt. Overdag is het redelijk warm en zonnig (de eerste rode vlekjes zijn al op ons gelaat verschenen, volgens de receptioniste van het hostal), maar ´s avonds komt er een koudefront opzetten dat zo heftig is dat Laura ervan in haar fleecevest slaapt. Let wel, op ons bed liggen ook al 5 wollen alpacadekens. Het eten is koud, de restaurants zijn koud, het hostal is koud, wij hebben het koud, maar de mensen zijn warm. ¡Chao!